Meloen
Meloenen (Cucumis melo) werden voor het eerst meer dan 4.000 jaar geleden gekweekt in Egypte en het Midden-Oosten, om zich geleidelijk aan over heel Azië en Europa te verspreiden.
Hun teelt vereist veel warmte, maar de variëteiten die in onze catalogus zijn geselecteerd, zijn zeer geschikt voor teelt in België en het noorden van Frankrijk (onder beschutting).
Meloenen bieden een breed scala aan kleuren en smaken, variërend van de zoete en sappige cantaloupe tot de geurige Charentais-meloen, tot de smakelijke Brodé-meloen.
Ontdek onze ruime keuze aan meloenzaden (oude, regionale variëteiten,...).
8 producten
Meloenzaden
Meloenen (Cucumis melo) zijn eenjarige kruidachtige planten uit de familie van de komkommerachtigen (Cucurbitaceae), waartoe ook komkommers, pompoenen en courgettes behoren. Oorspronkelijk komen meloenen uit Afrika en Azië, maar tegenwoordig worden ze over de hele wereld gekweekt.
Kenmerken van meloenen
Meloenen hebben grote, getande bladeren en produceren grote gele of witte bloemen. De vruchten zijn vlezig en sappig en kunnen in verschillende vormen en maten voorkomen, variërend van kleine cantaloupes tot grote watermeloenen.
Meloenen geven de voorkeur aan een warme, goed doorlatende grond met volle zonlicht. Ze zijn rijk aan vitamine A en C, evenals kalium en vezels, waardoor ze een gezonde en voedzame keuze zijn. Hun zoete, geurige smaak maakt ze tot een zomerfavoriet.
Variëteiten van meloenen
Meloenen zijn er in een breed scala aan vormen, smaken en kenmerken. Gelukkig hebben F1-hybriden de traditionele variëteiten niet volledig verdrongen. Hoewel deze soms minder lang houdbaar zijn en gevoeliger voor beschadigingen, zijn hun aroma’s vaak veel beter.
-
Cantaloupe: Dit type meloen heeft kleine vruchten met een gladde, dunne schil die meer of minder duidelijk gestreept is in het groen. De schil kan glad zijn of bedekt met een fijn "netwerk" van lijnen. Het vruchtvlees is zeer geurend, oranje, zoet en sappig. Deze meloenen zijn meestal vroeg rijp, maar hebben een korte houdbaarheid. Voorbeelden: Bellegarde, Noir des Carmes, Charentais, Cavaillon.
-
Charentais: Wanneer de vrucht rijpt, kleurt de lichtgroene schil enigszins geel en laat de steel zich gemakkelijk los. Het vruchtvlees is zeer geurend, oranje, zoet en sappig.
-
Brodé: Deze meloen is groter en kenmerkt zich door een schil bedekt met kurkachtige patronen die doen denken aan borduurwerk. Het vruchtvlees is zoet en geurig en deze meloen heeft een betere houdbaarheid. Voorbeeld: Jenny Lind.
-
Sucrin: Dit type meloen heeft een zeer hoog suikergehalte. Voorbeeld: Petit Gris de Rennes.
-
Wintermeloen: Deze meloenen hebben grote, ovale vruchten die weinig geur hebben, met bleek vruchtvlees en een lange houdbaarheid. Ze hebben minder smaak en worden voornamelijk in warme streken of onder glas gekweekt.
Teelt van meloenen
Meloenen worden in het voorjaar geplant, na de laatste nachtvorst. Ze hebben een vruchtbare, goed doorlatende bodem en veel zonlicht nodig. De planten kunnen veel ruimte innemen in de tuin, omdat ze zowel kruipend als struikvormig kunnen groeien. Over het algemeen worden meloenen in de herfst geoogst wanneer de vruchten volledig rijp zijn.